Handgemaakte pennen

Wat ooit begon als een experiment is uitgegroeid tot een bijzonder segment van mijn hobby. Een eerste pen werd al snel opgevolgd door een tweede, een derde,… En zo ging het maar door.

Momenteel staat het aantal op 168 identieke pennen. Nou ja, identiek? Elke pen is vervaardigd uit een andere houtsoort. En hout komt nu eenmaal van een boom of een struik nietwaar. Waar groeit die? Wat is de botanische naam? Onder welke namen wordt het hout in de handel gebracht? Houtherkenning, bewerkbaarheid, hardheid, en nog zoveel meer interessante weetjes over dit natuurproduct worden opgezocht. Daar is dan het raakvlak met die andere hobby, namelijk het kweken van cactussen. Want ook daar is het meer dan een mooi plantje in een pot.

Neobesseya wissmanniii

Toen de tekening gemaakt werd noemde de plant nog Neobesseya wissmannii. De naam Neobesseya werd voor het eerst ingevoerd in The Cactaceae van N.L. Britton & J.N. Rose in 1920. Tot dan werden de planten uit dit nieuwe geslacht nog ingedeeld bij Mammillaria en was dus Mammillaria wismannii (Hildman). Neobesseya verwijst naar Dr. Charles Edwin Bessey (1845 – 1915), professor aan de universiteit van Nebraska en en destijds een van de prominente botanici. Hermann von Wissmann was dan weer een Duits ontdekkingsreiziger (1853 – 1905).

De taxonomie – zeg maar de indeling – van cactussen werd vroeger gemaakt op basis van het uiterlijk van de plant. Later speelde de vorm, de indeling en de kleur van de bloemen een belangrijke rol, dan ging men de zaden vergelijken, kwam de microscoop er aan te pas. Tegenwoordig is DNA-onderzoek de maatstaf om de planten in te delen in geslachten. Dit is uiteraard voer voor wetenschappers. Het is al moeilijk genoeg voor een doorsnee cactusverzamelaar om enig zicht te krijgen in de classificatie.
Volgens de IPNI (The International Plant Names Index) is dit wondermooie plantje  een synoniem van Escobaria missouriensis. Sommigen bestempelen het dan weer als een variëteit er van.

Om een idee te geven: waar onze Escobaria missouriensis var. wismannii. zit in het plantenrijk:

Plantenrijk: Plantae (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen
Clade: Geavanceerde tweezaadlobbigen
Orde: Caryophyllales
Familie: Cactaceae
Geslacht: Neobesseya
Soort: missouriensis
Variëteit: wissmannii

Escobaria missouriensis var. wismannii.

 

Homalocephala texensis ?

Deze plant kwam in mijn verzameling binnen onder de naam Homalocephala texensis. Waarschijnlijk is dit echter niet correct. De areolen staan op los verspreide tuberkels. Homalocephala heeft talrijke scherpe ribben. Ook,het lichaam is veel platter, breder dan hoog. Niettemin is de getekende plant een juweeltje in de verzameling, met of zonder of verkeerd naametiket.

 

Dit is de echte Homalocephala texensis

 

 

Voor Jules

Deze pyrografie werd gemaakt ter gelegenheid van de geboorte van de eerste kleinzoon.

Het is merkwaardig dat in de babyuitzet heel vaak de afbeelding van een olifantje wordt gebruikt en dat is niet toevallig.

De olifant heeft een bijzonder en sterk karakter. Hij is fysiek groot en sterk, maar is ook rustig en zachtaardig. Bij veel volkeren is de olifant het symbool van kracht, wijsheid, vriendelijkheid, geluk en lange levensduur. Ook de onderlinge communicatieve vaardigheden zijn sterk ontwikkeld.

Olifanten zijn immers zeer sociale dieren. Ze leven altijd in groep, ze hebben elkaar nodig, alleen kunnen ze niet overleven. Ze leven jarenlang samen en hebben onderling een hechte band. Binnen de kudde worden de kalveren ook door de tantes beschermd, opgevoed en begeleid.

Ze zijn hulpvaardig en proberen zieke of zwakkere leden van de kudde te helpen en beschermen. Wanneer en dier uit de kudde sterft zal de hele kudde rond het kadaver samenkomen om te rouwen.

Klein en groot verwijst naar groei maar ook naar de ouder-kind (gezins)relatie.

Acacia

Dit bord werd gedraaid uit acaciahout waarna de boom via pyrografie werd ingebrand.

Het hout van de acaciaboom staat bekend om zijn hardheid en duurzame kwaliteit. Om die reden wordt het in de culturen rond de Middellandse Zee beschouwd als symbool voor onsterfelijkheid en eeuwig leven, en voor de overwinning op de dood. Maar het is ook symbool van eerbied en terughoudendheid.

De bloesem is rood en wit van kleur. Daarom is de acacia ook symbool voor dood en wederopstanding.
De stekels werden wel gezien als symbool voor de maansikkel.

Ook in de bijbel is er sprake van de acacia. Uit zijn hout moesten de ark van het verbond, het tabernakel en het brandofferaltaar vervaardigd worden (resp. Exodus 30: 1; 36: 20 en 37: 25).

Er is een christelijke legende die vertelt dat Jezus’ doornenkroon was gemaakt van acaciatakken: enerzijds duidt dat op het lijden van Jezus; anderzijds wijst het vooruit naar zijn opstanding uit de dood.

 

Lux in tenebris

Licht, Verlichting…

De Verlichting of Eeuw van de Rede was een cultureel-filosofische en intellectuele stroming in Europa die ruwweg samenviel met de 18e eeuw. Het was een reactie op het dogmatische autoriteitsgeloof. In deze periode ontstond een culturele stroming of beweging van intellectuelen met als doel het gebruik van de rede en het filosoferen te bevorderen. De rede gaat alleen maar af op feiten, hoe verborgen die ook zijn. De Verlichting stond aldus voor bevordering van de wetenschap en intellectuele uitwisseling. De propagandisten ervan bestreden het bijgeloof, misbruik van recht in kerk en staat, intolerantie en kwamen op voor zekere grondrechten.

Het fakkelsymbool van de Vrijzinnige Gemeenschap refereert naar de Verlichting. Helaas, het werk is nooit ten einde.

Lux in tenebris – vrij vertaald: ‘het licht schijn, ook in de duisternis’ – verwijst naar het feit dat de principes van de verlichting de mensheid ten goede komen.

Deze pyrogravure werd gemaakt naar een werk van Gerard Gaudaen.

N.B.: Lux in tenebris lucet, et tenebrae eam non comprehenderunt. (‘Het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen’) is een passage uit het evangelie van Johannes.

De Fakkel, universeel symbool van de Humanistisch Vrijzinnige Gemeenschap

De fakkel geeft vuur. Vuur betekent warmte en gevoelens.
De mens is immers meer dan enkel ratio.
De fakkel staat sinds de verlichting voor rede en kennis, voor licht in de duisternis.
Het vuur geeft ons het nodige licht op onze levenswandel.

De 6 figuren staan voor de mens.
In onze vrijzinnige levensbeschouwing staat de mens centraal.
De figuren reiken elkaar de hand en vormen de menselijk broederketen waarvan ieder van ons een schakel is.
De mens heeft de mogelijkheid om te groeien naar meer wijsheid en meer inzicht.
Door de fakkel (rede en gevoelens) krijgen mensen meer kennis.
Ze komen zo op een hoger niveau van verlichting, wijsheid en inzicht.
Rechts staan de figuurtjes hoger.
Zo wordt uitgedrukt dat verlichting een waardevol streefdoel is.
De zes figuren staan ook voor de zes elementaire speerpunten van de vrijzinnige humanist:

WIJSHEID om de waarheid na te streven, om steeds eerlijk en oprecht te zijn en om een wereld te bouwen zodat er vrede is voor iedereen.

KRACHT om het goede te doen, om te willen leven in vrede en verdraagzaamheid, om een wereld te bouwen waar geen haat is.

VRIJHEID om een wereld te bouwen waarin iedereen zijn eigen levenspad kan bewandelen.

SCHOONHEID van de grillige vorm van de vlam en naar de gevoelens die je vindt wanneer je aan jezelf werkt en bouwt aan je gemeenschap om een wereld te bouwen zodat er vriendschap is voor iedereen.

GELIJKHEID om een wereld te bouwen zodat iedereen eerlijk behandeld wordt.

BROEDERSCHAP om een wereld te bouwen zodat er verdraagzaamheid en solidariteit is voor iedereen.

De alles omvattende cirkel geeft de verbondenheid tussen mensen weer. Het lijkt haast alsof de fakkel en de mannetjes samen worden gehouden, veilig beschut zodat mensen in alle rust en kalmte door middel van verlichting kunnen groeien

 

 

Buren bij kunstenaars – editie 2020

Buren bij kunstenaars was een jarenlange traditie in West-Vlaanderen. Elk jaar zetten meer dan 2.500 kunstenaars in het derde weekend van oktober hun deuren open voor het publiek. De interne staatshervorming en de overheveling van Cultuur vanuit de provincies naar het Vlaamse niveau gooide roet in het eten. 2020 zou een sabbatjaar worden en wat 2021 brengt is nog koffiedik kijken.

Verschillende gemeenten hebben dan ook maar beslist om zelf de editie 2020 te organiseren. Helaas kwam ook Covid 19 hard binnen en kunnen een aantal ateliers niet open omwille van veiligheidsregels.

’s Middags word ik wakker met een houten kop…

Zaki (Jackie Dewaele) oogstte veel succes in de jaren zeventig en tachtig op de regionale zender Omroep Brabant van de toenmalige BRT. Hij presenteerde er een muziekprogramma dat steevast begon met ” ’s middags word ik wakker met een houten kop, mijn ogen zijn nog moeilijk te gebruiken” gevolgd door de schreeuw ‘Jamazaki’.

De schedel is een minutieuze kopie van de schedel welke door dokters in opleiding gebruikt wordt als didactisch materiaal. En inderdaad, de ogen zijn nog moeilijk te gebruiken.

Het gebruikte hout is afkomstig van een door de storm gevelde zwarte moerbei (Morus nigra).

Wie zonder zonde is…

‘Overspeligen moeten gestenigd worden’ volgens de voorschriften van de Islam.

Helaas zijn het meestal enkel de overspelige vrouwen – ook de verkrachte vrouw wordt als overspelig bestempeld – die dit wrede lot dienen te ondergaan. En waar blijft de 2de partij in het verhaal?

Inderdaad: wie zonder zonde is werpe de eerste steen.

Achtknoop

De achtknoop is een decoratieve knoop die vooral in de Italiaanse heraldiek zijn opwachting maakt. Het wordt ook wel de Savooiknoop genoemd omdat ze voorkomt op het heraldisch insigne van het Huis van Savoye, vergezeld van het motto ‘Stringe ma non costringe’ (Het wordt strakker maar niet beperkt).

Bij gebruik buiten de wapenkunde (als een echte knoop), staat het bekend als een achtknoop. De achtknoop wordt veelvuldig gebruikt in de zeilsport een de visserij.

De Savoy-knoop is tot 1943 ook te zien op het Alfa Romeo- autobadge (opgericht en vervaardigd in Milaan , Italië).

Deze knoop werd gesneden uit linde en staat op een voet van bubinga.

 

 

Masker in Corona-tijden

Maart 2020. De corona-pandemie meldt zich in alle hevigheid aan. Het hele debat over het al dan niet zinvol zijn van het dragen van een masker, gevolgd door draagplicht en vervolgens de aversie van veel burgers hebben mij aangezet om zelf een masker te snijden. De inspiratie haalde ik bij Wayan Rendah (Indonesië).

Dit masker werd gesneden in Dibetou, ook wel Tigerwood of Afrikaanse notelaar genoemd.

Tempus Fugit

Beitels en gutsen hanterend, schilfer na schilfer, houtkrul na houtkrul.
Korrel 120, korrel 180, korrel 240, korrel… stof op handen en kleren.
In gedachten filosoferen over het kunstproject en de wereld.
Plots gestoord door de roep van een huisgenoot.
Nu reeds?
Oei, al zo laat?

Inderdaad: TEMPUS FUGIT…     de tijd vliedt heen.